Bij de derde pijn in het Tondalus’ Visioen worden de hovaardigen gestraft. Tondalus en de engel komen bij een zeer diep dal, sterk stinkend en donker. Zij horen het geluid van een rivier van zwavel en het roepen van de zielen die daarin gepijnigd worden. Deze pijn is erger dan de andere die ze hiervoor gezien hadden. Er loopt een smalle, lange brug (1 voet breed en 1000 voet lang) van de ene berg naar de andere, waarover alleen uitverkorenen mogen gaan. Slechts een priester komt eroverheen, de rest van de vele zielen valt van de brug in de kokende rivier waar de eeuwige verdoemenis heerst.
Eerste schets en onderschildering van het derde schilderij
Voor dit schilderij (op wat kleine schetsjes na) geen voorbereidende schets gemaakt, wederom in mijn gedachten geschilderd tijdens mijn wandelingen door de Bossche Broek.
Op de voorgrond, voor een rivier met geel,groene zwavel, staat links de doodsengel Azraël, door God gestuurd om de ziel op te halen, met een staf met een zwavelkop. Rechts staat de ziel van Tondalus als ridder gekleed leunend op zijn zwaard.
De brug over de rivier is een voet smal en alleen een priester links op de brug gaat het halen, de hovaardigen vallen omlaag in de vieze rivier.
Priester met hovaardigen
Rechts in de brug een doorgang in de vorm van een doodshoofd als toegang tot de hel. Tussen de engel en Tondalus groeien een tweetal narcissen, als verwijzing naar ijdelheid. Tegen de zwarte rotsen zitten twee kraaien als aanroepers van de dood. Op de achtergrond een berglandschap met een brandende lucht. Links een asgrijze dode paddenstoel en rechts een rode vliegenzwam. Op de achtergrond staat boven een grot, waaruit de rivier stroomt, “Superbia”geschreven.
De derde pijn. Superbia. 2011
Het schilderij is begin Januari 2011 afgekomen. Ik ben al tijdens het schilderen van de derde pijn begonnen met het volgende schilderij.